Dit WK mag niet eindigen met een kater
In dit artikel:
Noorwegen schakelde Oranje uit in de halve finale van het wereldkampioenschap en verhinderde zo dat Nederland voor de tweede keer wereldkampioen zou worden. In Rotterdam maakte de ploeg van bondscoach Henrik Signell geen vuist tegen de gedisciplineerde Noren: na een gelijkopgaande openingsfase (7-7) pakte Noorwegen met een 0–4 run het initiatief en bouwde het via doelpunten van onder anderen Henny Reistad – zij scoorde 10 uit 11 – een comfortabele voorsprong op.
Het probleem voor Nederland waren te veel balverlies onder druk en onvoldoende compensatie in de dekking, ook al keepte Yara ten Holte meerdere keren op wereldniveau. Bij rust en in de tweede helft liep het verschil op; bij 15–24 leek de wedstrijd beslist, al bracht een fraaie lob van Estavana Polman Oranje nog even terug tot 21–25. Polman leverde daarmee een belangrijke bijdrage in haar laatste toernooi als international, terwijl Lois Abbingh met een knieblessure ontbrak.
Na een time-out herpakten de Noren zich en liepen ze uit naar 25–35; Signell erkende dat Nederland goed tegenstand bood, maar niet lang genoeg. Positief was de doorbraak van nieuwelingen als Romée Maarschalkerweerd en de groeistuipen van ten Holte. Nu wacht voor Oranje in de kleine finale een lastige klus tegen Frankrijk, een confrontatie waarin de kans bestaat dat de feestvreugde in Ahoy wordt aangetast als een medaille uitblijft.